Ardentiella spec. 'tricolor'

 

(voorheen: Merulanella spec. 'tricolor')

Hieronder het (Engelstalige) artikel over de verandering van Merulanella naar Ardentiella

Facing The Taxonomic Impediment A Reassessment Of Merulanella Pdf Pdf
PDF – 8,9 MB 112 downloads

Hieronder het Nederlandstalige (vertaling met Google translate) artikel over de verandering van Merulanella naar Ardentiella

Het Taxonomische Obstakel Onder Ogen Zien Merulanella Docx Docx
Word – 3,8 MB 104 downloads

Deze Ardentiella soort komt in het wild voor in Vietnam.
Nou vind ik “Vietnam” niet echt een duidelijke beschrijving, aangezien het land een oppervlakte heeft van 331.690 km². (oppervlakte van Nederland is 41.850 km²).
Ik heb mijn best gedaan om te ontdekken in welk deel van Vietnam ze voorkomen, maar dat is helaas niet gelukt.

Dit volgende stukje tekst heb ik "geleend" van google/internet:
Vietnam heeft een subtropisch klimaat, met een duidelijk droog en nat seizoen. Het regenseizoen loopt grofweg van mei tot oktober. Beter is het dus om het land te bezoeken in de droge periode, van oktober tot april. De maanden februari tot mei zijn in het zuiden wel het warmst: 35°C.
In hoeverre dit van belang is bij de verzorging van de dieren weet ik niet. Moet je de dieren een vochtige en een droge periode aanbieden?

Meer informatie over het klimaat van Vietnam vindt u hier.
https://klimaatinfo.nl/klimaat/vietnam/

Verzorging e.d.
Deze, zowel overdag als ‘s nachts, actieve soort, wordt tot maximaal 20 mm lang.
Het substraat moet bij voorkeur vochtig zijn, maar zeker niet nat.
Zelf zorg ik dat het substraat niet in zijn geheel vochtig is; ik creëer altijd een “droog” gedeelte in een bak met vochtig substraat. Gewoonlijk minstens een vierde of vijfde deel van het bodemsubstraat.
Bij Ardentiella spec. ‘ember bee’ en ‘red diablo’ doe ik dit al een poos en ik zie de dieren regelmatig rondscharrelen in het drogere gedeelte. Uiteraard is de luchtvochtigheid in het drogere gedeelte ongeveer hetzelfde als in de rest van de bak.

Ik sproei mijn bakken niet, maar ik gebruik een doseerfles waarmee ik gericht plekken vochtig kan maken en andere delen droger kan houden. Ik gebruik gewoon kraanwater.

Ik zorg dat er een deel (voorkant) zo goed als droog blijft.

Onder de gehele voorkant van de bak ligt een 15 cm brede warmtemat van het merk Reptech. Deze wordt aangestuurd via een thermostaat (Lucky Reptile, de Thermo Control Pro II). Deze gebruik ik al vele jaren (vroeger ook bij de slangen) en zijn veilig en betrouwbaar.
In het voorjaar en de zomer gaat de stekker er uit. Het is dan warm genoeg in de pissebed-kamer. Het wordt dan makkelijk boven de 22 graden Celsius.

Wanneer de temperatuur in het najaar/winter in de isopods-kamer onder de 18 graden Celsius komt verwarm ik de ruimte met een klein kacheltje. Deze gaat dan een keer of 3 – 4 per dag een uurtje aan en houdt de temperatuur in de kamer op ca. 19-20 graden Celsius. En in die periode is  ook het moment dat de warmtematten geactiveerd worden.

Ik probeer de omgevingstemperatuur niet onder de 20/21 graden Celsius te laten komen.

Aan de achterkant van de bak ligt een flinke pluk sphagnum dat vochtig gehouden wordt. Zo nu en dan moet dit vervangen/aangevuld worden, want de isopods eten er ook van. Je kan hiervoor ook echt groen mos gebruiken. Aangezien er, waar ik woon, nauwelijks bos is, is gewoon mos niet makkelijk te vinden. Vandaar dat ik het nauwelijks gebruik.
Ik spuit 1 x per week water in de bak (op het sphagnum en ook een beetje op het middenstuk. Soms iets vaker wanneer het warm is. Verder bevinden zich in de bak een paar stukken kurkeikschors als schuilplaats. Verder wat ‘rommelig neergegooide’ takjes en bladeren die nooit ontbreken. En er is, zoals in al mijn bakken, een stukje waar helemaal niks ligt en dat zo droog mogelijk wordt gehouden. Hier kun je voedsel aanbieden, maar ik tref daar ook geregeld isopods aan. Alsof ze de vochtigheid even beu zijn.

Er is natuurlijk altijd sepia aanwezig voor de kalkvoorziening. En er is eveneens altijd witrothout aanwezig

Voedsel wordt 1 x per week aangeboden. Dat kan o.a. courgette, komkommer, zoete aardappel, wortels, bladeren en dode insecten.

 

Kortom, deze soort is niet al te moeilijk te houden als je je een beetje aan de “voorschriften” houdt.
Het zijn prachtige, redelijk actieve, kleurrijke diertjes.
Ik heb hier en daar gelezen dat dit een prima beginners-Ardentiella is. Daar ben ik het niet echt mee eens. Waarom kan ik niet met precisie zeggen.
Ik vind Ardentiella spec. “ember bee’ veel meer een soort om mee te beginnen. Althans, dat is mijn ervaring.